Isis Sturtewagen, MA of Archaeology, PhD in History, Coach
Op 21 juni 2023 werden de resultaten gepresenteerd van een enorm archeologisch project uit 2017 in de gemeente Tiel: een 4000 jaar oud heiligdom met daarin de oudste Nederlandse zonnekalender met een diameter van 20 meter.
Dit nieuws kwam deze week op verschillende manieren op mijn pad. En als archeoloog, historica, creatief ondernemer, coach en mens heb ik hier gedachten over.
Nu het werk op industrieterrein Medel is afgerond, kan de projectontwikkelaar ongestoord verder met zijn plan: loodsen bouwen.
In tegenstelling tot andere plekken met vergelijkbare culturele waarde, zoals het iets oudere Stonehenge, zijn in Tiel geen bovengrondse delen bewaard gebleven. Waar Stonehenge is opgetrokken uit massieve steen, werd deze zonnekalender in Tiel aangelegd met aarde en houten palen.
En dus is de site in Tiel in de ogen van de 21e-eeuwer weinig waard: het is niet alleen een mager overblijfsel van voorouders waar we geen enkele connectie meer mee voelen – en wat meewarig naar terugkijken (“wat een lange weg van vooruitgang hebben we afgelegd!”) – daarbovenop is het helaas pindakaas niet spectaculair genoeg om toeristisch uit te baten en geld mee te harken.
En de kennis, die hebben we toch veilig gesteld dankzij de uitgebreide rapporten en onderzoek van het team archeologen en wetenschappers wat de opgravingen uitvoerde?
Voor ik verder ga eerst deze vraag voor jou:
Heb je ooit in een vierhonderd jaar oude kerk gestaan, of onder een vijfhonderd jaar oude boom, of op een duizend jaar oude weg, of op een miljoenen jaren oude bergtop en je op onverklaarbare wijze verbonden gevoeld met iedereen die daar voor jou is geweest, iedereen die daar geleefd heeft, en die daar net als jij heeft gestaan en diezelfde onverklaarbare verbondenheid heeft gevoeld?
Heb je ooit het gevoel gehad dat je daar een hele wereld waar je geen contact meer mee hebt de hand kan rijken?
Het heiligdom in Tiel is zo’n plek.
En hoe graag ik ook wil dat deze plek bewaard blijft, zodat je er nog jaren in de toekomst op een warme zomerdag kan langs wandelen, en even stilstaan met nieuwsgierigheid voor alle verhalen en levens die zich hier ontvouwd hebben…
…Dit gaat over veel meer dan alleen deze ene plek. Dit gaat over hoe we omgaan met en losgekoppeld zijn van de wereld, de aarde, onze voorouders, onszelf.
Nog steeds wordt elke poging tot het onderzoeken van verbinding snel onder de mat geveegd als ahistorisch
Het geeft niet alleen uiting aan een conflict tussen economie en erfgoed. Maar ook aan daar waar de hele erfgoed sector in conflict is met zichzelf.
Ook binnen de archeologie, geschiedenis, kunstgeschiedenis, museumwereld, erfgoed en conservatie krijgt het grootse nog steeds voorrang. Niet alleen aan de oppervlakte, ook aan de achterkant van de academische wereld. Elke poging tot het onderzoeken van verbinding wordt heel snel onder de mat geveegd als ahistorisch.
Koningshuizen en pausen en grote wapenfeiten boven de geleefde ervaring van de “onzichtbare” massa.
Man boven vrouw (boven iedereen die niet op die binary zit).
Wit boven gekleurd.
Fine art boven toegepaste kunst.
Goud en metaal en steen boven organisch materiaal als hout en textiel.
Het confronteert ons met alle manieren waarop we in onszelf (en onze carrières en bedrijven) waarde zien in termen van productiviteit, economisch en uiterlijk succes, stabiliteit, definiëerbaarheid, vooruitgang en lineariteit.
Laten we deze open wonde rotten en ontsteken onder een laag beton?
Plekken als de site in Tiel zijn open erfgoedwonden. Wonden van disconnectie, vooruitgangsdenken en generationele pijn.
De vraag zou niet moeten zijn “is deze plek het waard om bewaard te worden?”
Maar “laten we onszelf toe om deze open wonde te verzorgen, te laten ademen en genezen, of verstikken we haar onder een dikke laag beton en laten we haar daar verder rotten en ontsteken?”